Finserad Finserad Finserad Finserad
  • HOME
  • WIE ZIJN WIJ
  • DIENSTEN
  • NIEUWS
  • CONTACT
Finserad Finserad
  • HOME
  • WIE ZIJN WIJ
  • DIENSTEN
  • NIEUWS
  • CONTACT
mrt 06

Geen rechtsherstel box 3 ondanks lagere aanslag

  • 6 maart 2025
  • blamadmin
  • Inkomstenbelasting

Een Nederlandse belastingplichtige heeft onroerende zaken in Frankrijk en Duitsland en staat voor een bijzonder fiscaal dilemma. Ze vraagt de Belastingdienst om de Wet rechtsherstel box 3 toe te passen op haar aangifte over 2019, ook al leidt dit tot een hoger belastbaar inkomen. Waarom? Omdat de uiteindelijke belastingaanslag door een andere voorkomingsregeling tóch lager zou uitvallen. De rechtbank oordeelt over deze ogenschijnlijk vreemde situatie: kan een regeling bedoeld als voordeel voor belastingplichtigen worden toegepast als deze het belastbaar inkomen verhoogt?

Wat is het verschil tussen de twee berekeningsmethoden?

Bij de reguliere berekening van box 3 komt de belastingplichtige uit op een belastbaar inkomen van € 37.909. Na de aftrek ter voorkoming van dubbele belasting bedraagt haar te betalen belasting € 3.347.

Bij toepassing van de Wet rechtsherstel box 3 zou haar belastbaar inkomen hoger uitvallen: € 42.808. Door een gunstigere regeling voor het verrekenen van in het buitenland betaalde belasting zou haar uiteindelijke belastingaanslag echter lager zijn, namelijk € 2.421. Dit is een verschil van ruim € 900 in het voordeel van de belastingplichtige.

Standpunt Belastingdienst

De Belastingdienst wijst echter op de tekst van de Wet rechtsherstel box 3. Daar staat duidelijk dat de wet alleen mag worden toegepast "voor zover dit tot een lager voordeel uit sparen en beleggen leidt". Aangezien het belastbaar inkomen juist stijgt van € 37.909 naar € 42.808, is niet aan deze voorwaarde voldaan. Het feit dat de uiteindelijke belastingaanslag lager zou zijn, doet volgens de Belastingdienst niet ter zake.

Hoe oordeelt de rechtbank?

De rechtbank oordeelt dat de Belastingdienst gelijk heeft. De wettekst is duidelijk: de Wet rechtsherstel box 3 mag alleen worden toegepast als dit tot een lager belastbaar inkomen uit sparen en beleggen leidt. De rechtbank ziet geen ruimte in de wet of de wetsgeschiedenis om af te wijken van deze voorwaarde.
Het feit dat de belastingplichtige door een andere berekening van de aftrek ter voorkoming van dubbele belasting uiteindelijk minder belasting zou betalen, is volgens de rechtbank niet relevant. De wet kijkt alleen naar het effect op het belastbaar inkomen, niet naar het effect op de uiteindelijke belastingaanslag.

Kunnen belastingverdragen hier verandering in brengen?

De belastingplichtige beroept zich ook op de belastingverdragen met Frankrijk en Duitsland. De rechtbank is echter duidelijk: deze verdragen regelen alleen welk land belasting mag heffen en niet hoe het belastbaar inkomen in Nederland wordt berekend. De wijze waarop Nederland het voordeel uit sparen en beleggen berekent en voorkoming van dubbele belasting verleent, valt buiten het bereik van deze belastingverdragen.

Hardheidsclausule

De minister van Financiën is bevoegd om tegemoet te komen aan onbillijkheden die zich bij de toepassing van de belastingwet mochten voordoen. Als de belastingplichtige meent dat hier sprake van is, dan kan zij een verzoek indienen om toepassing van de hardheidsclausule. Of die in dit geval moet worden toegepast, is niet ter beoordeling aan de belastingrechter.

Bron:Rechtbank Den Haag | jurisprudentie | ECLI:NL:RBDHA:2024:22381 | 22-12-2024

Comments are closed.

Recente berichten

  • Nultarief geweigerd bij onduidelijk vervoer naar Duitsland
  • Btw aftrekbaar bij short-stay verhuur appartementen
  • Ondanks ANBI-status zijn belastingen en huur niet aftrekbaar als gift
  • Verdeling box 3 vermogen en keuze voljaars partnerschap niet via ambtshalve vermindering aan te passen
  • Belastingdienst is niet verplicht jaarlijks papieren aangiftebiljet toe te sturen

Recente reacties

    Archieven

    • juni 2025
    • mei 2025
    • april 2025
    • maart 2025
    • februari 2025
    • januari 2025
    • december 2024
    • november 2024
    • oktober 2024
    • september 2024
    • augustus 2024
    • juli 2024
    • juni 2024
    • mei 2024
    • april 2024
    • maart 2024
    • februari 2024
    • januari 2024
    • december 2023
    • november 2023
    • oktober 2023
    • september 2023
    • augustus 2023
    • juli 2023
    • juni 2023
    • mei 2023
    • april 2023
    • maart 2023
    • februari 2023
    • januari 2023
    • december 2022
    • november 2022
    • oktober 2022
    • september 2022
    • augustus 2022
    • juli 2022
    • juni 2022
    • mei 2022
    • april 2022
    • maart 2022
    • februari 2022
    • januari 2022
    • december 2021
    • november 2021
    • oktober 2021
    • september 2021
    • augustus 2021
    • juli 2021

    Categorieën

    • Agro
    • Algemeen
    • Arbeidsrecht
    • Autobelastingen
    • Belastingplan
    • Civiel recht
    • Civiel recht,Civiel recht
    • Corona update
    • Dividendbelasting
    • Douane en Accijnzen
    • Eindejaarsactualiteiten
    • Europese regelgeving
    • Formeel recht
    • Inkomstenbelasting
    • Internationaal
    • Invordering
    • Kantoornieuws
    • Loonbelasting
    • Omzetbelasting
    • Ondernemingsrecht
    • Ondernemingswinst
    • Onroerende zaken
    • Overdrachtsbelasting
    • Overige heffingen
    • Personeel
    • Prive
    • Schenken en erven
    • Sociale verzekeringen
    • Subsidies
    • Successiewet
    • Toeslagen
    • Vennootschapsbelasting

    Meta

    • Login
    • Berichten feed
    • Reacties feed
    • WordPress.org

    Finserad B.V.

    Bergweg 25 Phone: 030 693 2055 E-Mail: info@finserad.nl
    © 2017 Finserad · webdesign by van Lamoen